Een jaar of twee geleden mocht ik voor Iris May Patterns het patroon van haar gratis Bobbie-shortje testen. Ik heb er sindsdien al heel wat gemaakt!
(meer…)Nog een Bobbie-shortje
categories: Do It Yourself, Naald & Draad
Posts Tagged ‘Lente’
Op stap in Parijs met een kind
Parijs, de lichtstad! Voor dochterliefs eerste communie planden wij als geschenkje een citytrip naar Parijs. Twee jaar geleden gingen we naar Londen en dat was zalig, dus Parijs met een kind stond op nummer één als volgende wereldstad. We wilden de grote klassiekers bezoeken, beleven en zien. Je ziet Parijs maar één keer voor het eerst! Gelukkig ligt het vlakbij en kan je er met de Thalys heel makkelijk heen. Op anderhalf uur ga je van Brussel Zuid naar Paris Nord. Hier volgt al mijn eerste tip: Als je je reisje boekt via een reisbureau, kan je niet alleen je treintickets maar ook een deel van je hotel betalen met ecocheques.
Manlief en ik zijn ondertussen al verschillende keren in Parijs geweest dus konden we op voorhand plannen wat de fijnste plekjes zouden zijn om dochterlief te tonen. Wat het seizoen betreft, denk ik dat elk seizoen zijn mooie kanten heeft. Sowieso moet je altijd wat geluk hebben. Maar zowel de zomer (augustus is wat rustiger) als de winter (sneeuw of kerstshopping!), de lente (bloesems) en de herfst (indian summer?) kunnen mooi zijn. Wij hadden eigenlijk wel geluk, het heeft niet geregend op 2 korte buitjes na en de eerste bloesems waren al te zien. Het was wel erg bewolkt maar goed, daar kunnen we tegen!
De Tuin van Kina
Een paar maanden geleden gingen we naar De Wereld van Kina in Gent (lees hier mijn verslagje). Dat was een fijne uitstap, dit natuurmuseum voor kinderen beviel ons heel goed. Met ons ticket mochten we binnen de zes maanden ook naar de bijbehorende Tuin van Kina. Die ligt aan de andere kant van Gent, weg van het centrum. Voer voor een apart tripje dus!
Die kwam er enkele weken geleden. We reden langs de haven naar de straat (Berouw) en we hadden geluk met de parkeerplaats, vlak voor de poort. We waren een paar minuutjes te vroeg, op zon- en feestdagen gaan beide musea open om 14u. Ernaast is een speeltuin dus daar hebben we nog even onze tijd doorgebracht. En daarna konden we door de grote poort langs een oprijlaan naar de Tuin van Kina! In tegenstelling tot wat ik dacht is dit niet alleen een tuin, maar ook een museum, gevestigd in een mooi oud gebouw. De tuin is trouwens ook oud, dat kan je zien aan de gigantische Canadese populier met zijn immense omvang en diep gegroefde stam. Die staat daar al erg lang 🙂
De Tuin is eigenlijk het originele museum, dat opgericht werd in 1924, in een oude school voor letterzetters. Pas later verhuisde het museum naar het Sint Pietersplein, waarna het museum aan het Berouw de Tuin werd, en het hoofdmuseum het Huis.
Het museum
Binnen kan je onder andere gaan kijken naar een aantal wandelende takken en vogelspinnen, dat vond dochterlief verrassend genoeg niet akelig. Ik leerde weer wat bij: vogelspinvrouwtjes worden wel dertig jaar. En ze hebben een spin, Astrid, die waarschijnlijk een jongen is en dus een andere naam zal moeten krijgen. Ik stel Astor voor.
Er was trouwens een heel zaaltje over spinnen 🙂 Je kon er puzzelen, je kon beestjes naar een velcrospinnenweb gooien, en er waren koptelefoons met liedjes en verhaaltjes over spinnen,…
Er was ook een zaaltje over bijen, waar het leukste ongetwijfeld was dat er een plexiglazen buis van een bijenkorf in de zaal naar buiten ging, zodat je de bijtjes af en aan kon zien wandelen door de buis. De museumsuppoost kwam ook even de plankjes van de korf halen zodat we achter het plexiglas de bijenraten konden zien.
Tot slot zijn er twee zalen over het bos: eentje met informatie, en eentje om te spelen, te dansen, te tekenen, naar een verhaaltje te luisteren…
De tuin
De Tuin van Kina is een reconstructie van een heemtuin, op 7700 m² – dat is een serieuze oppervlakte. Een heemtuin is een kunstmatig aangelegde tuin die vanaf de vroege twintigste eeuw diende om natuur te tonen aan bezoekers. En dat is zeker het geval! Zoals gezegd staan er heel oude bomen, er is een groenteveldje, een serre, een vijver, een beleeftuin waar je mag ruiken, proeven, voelen, geluid maken,… Genoeg om te ontdekken!
Jammer dat het geen mooier weer was, dan hadden we allicht nog langer in de Tuin van Kina rondgelopen 🙂 Ik denk wel dat we nog eens terugkeren! Maar eerst denk ik dat we eens naar de Botanische tuin van Meise zullen gaan… Er is nog zoveel te ontdekken!
Trend: ruches, volants, ruffles
categories: Do It Yourself, Naald & Draad
Al een paar jaar zien we de boho-trend in de mode opduiken, met behoorlijk wat romantische elementen. In de kindermode heeft zich dat onder andere vertaald naar ruffles, volants en ruches. Ik vind dat erg leuk en speels, en ik maakte voor dochterlief dus al enkele kleedjes met ruffles: de Millie-dress en een hack van het kleedje uit Stof voor Durf-het-zelvers 2.
Nog van dat dus! Ik diepte weer een mooi stukje Nani Iro-double gauze op uit mijn voorraad. Nog 2 stukken en dan is het weer uit met de pret – of tijd voor iets nieuws, het is maar hoe je het bekijkt natuurlijk. Deze keer is het een zachtroze stof met bloempjes en vogeltjes – een kleurvariant op de stof van de SVDHZ2-hack. Ik combineerde dit met een donkerblauwe katoen, al evenzeer een kleurvariant op het geel van diezelfde hack. Jaja, never change a winning team!
Nu had ik wel veel meer stof dus ik heb ook de rok in de bloemenstof gemaakt. Als extraatje verwerkte ik lichtroze paspel tussen de ruffles en het lijfje en aan de hals. En dochterlief is weer erg tevreden met haar bloemenprinses-jurk! De double gauze is zo lieflijk en meisjesachtig, de blauwe katoen maakt het wat minder braaf vind ik. Als het lijfje in dezelfde bloemenstof zou zijn, zou het niet meer zo goed bij het karakter van mijn dochter passen, het zou wat saai zijn voor haar. Er mag wat pit in zitten!
Tijd voor een paar fotootjes! Met botjes aan, ook prinsessen dragen botjes 🙂
Hier zie je de paspel 🙂
Ik koos weer voor verschillende knoopjes, dit keer in samenwerking met dochterlief, die eens in de knopendoos mocht snuisteren. Ze ging zelfs nog een stapje verder dan ik en koos één blauwe en drie roze knopen. Living on the edge! 
Londen met een kleuter: like a boss!
Voor we ons kindje kregen, gingen manlief en ik vaak op citytrip. Elk jaar stond er wel een grote stad op het reisprogramma, soms als korte citytrip en soms als echte reis. Lissabon, Parijs, Berlijn, Porto, Istanbul, Amsterdam, Londen: de classics! We keerden verschillende keren terug naar Lissabon, Parijs en Londen. Toen werd dochterlief geboren en schakelden we op citytrip-level een versnellinkje terug. Musea, terrasjes, shoppen en uit eten is niet zo heel simpel met een jong kind (of dat voelden wij toch zo aan). Maar nu is de kleuter ook al vier jaar (4! Hoe is het zo snel kunnen gaan?) en we zien het volledig zitten om weer te citytrippen, met een aangepast ritme en programma. Londen met een kleuter dus! Hoera!
Dochterlief en ik op Piccadilly Circus
We hadden geluk met het prachtige lenteweer, niets overtreft die eerste zonnige dagen, de bomen bloesemen en de blaadjes lopen uit. Iedereen voelt de lentekriebels, dat geeft energie. We hebben meer kilometertjes gestapt dan we oorspronkelijk dachten te halen, vooral ons meisje want die heeft alles gehuppeld en gedanst. Dochterlief zag overal genoeg interessante dingen en we hebben ook vaak gepauzeerd in parken, in cafétjes en op pleinen. Deze foto’s zijn genomen in het parkje van Russel Square:
Achter de duiven zitten op Trafalgar Square viel ook zeer in de smaak:
Appartement
We boekten een appartementje via ons vertrouwde reisbureau, samen met Eurostar-tickets. Tip van Flip: als je via een reisbureau boekt, kan je niet alleen je treintickets maar ook een deel van je verblijfskosten met ecocheques betalen! Daar hebben we al vaak gebruik van gemaakt. Een mens kan ook maar zoveel elektrische toestellen, fietsen en bloembollen kopen he.
De reden voor het appartementje was dat we toch wel graag een aparte slaapkamer hadden voor ons kind, en ’s avonds zelf wilden kunnen koken als we overdag niet erg gezond zouden hebben gesnackt. En moest het weer echt tegenvallen, of er slaat een verkoudheid toe, konden we gewoon binnen blijven zonder dat we meteen cabin fever ontwikkelen.
Wat stond er op het programma?
Londen is groot en heeft veel moois te bieden, en ook heel erg veel voor kinderen! Londen met een kleuter is dus een aanrader. In deze tijden van vrees voor terreur moet je wel overal door security checks en zijn er wachtrijen. Iets minder leuk voor een kind maar het ging overal eigenlijk wel vlot.
British Museum
Vlakbij ons appartement! Echt letterlijk een drietal straten verder was de achteringang. We gingen dus twee keer naar British Museum. De grote musea zijn sowieso allemaal gratis, heel leuk 🙂
Herkennen jullie deze nog: mijn vriend, het snekkenboegbeeld uit Dendermonde? Hier schreef ik al eens over hem. In British Museum hebben ze het originele stuk, bij ons staat slechts een afgietsel. Maar hij staat er mooi, op een fijne plek vlakbij een vikingschat en de schat van Sutton Hoo.
Het is een kwestie van leuke dingen te vinden op kindermaat: spelletjes, engeltjes en diertjes 🙂
Manlief heeft overal waar ons kleutertje dat wou verhalen verteld over wat er te zien was. Sommige zalen zijn we snel doorgegaan, in andere bleven we wat langer zitten. De Egyptische afdeling was de drukste en hebben we dus ook eigenlijk het minst goed gezien. Maar de graftombe van Nebamun met zijn prachtige muurschilderingen viel dan gelukkig weer goed mee.
Science Museum & Natural History Museum
Hiervoor namen we de metro maar dat was eigenlijk de enige dag – vanuit onze wijk, Bloomsbury, konden we al veel te voet doen. Deze twee musea liggen naast elkaar in de wijk South Kensington . Het was er wel reuzedruk, maar vooral het Natural History Museum is erg leuk voor kinderen: de dinosaurussen, de grote gallerij van de evolutie met een indrukwekkende walvis, de evolutie van de aarde en de mineralen en fossielen die je mocht aanraken.
Het Science Museum is iets moeilijker voor een kleuter, maar de zalen over ruimtereizen en transport zijn visueel heel aantrekkelijk.
Ook vlakbij is het Victoria & Albert-museum, over kunst en design. Dat is voor een volgend bezoek aan Londen 🙂
Hamleys
Oftewel: de grootste speelgoedwinkel ter wereld! Vijf verdiepingen aan speelgoed, met personeel dat demonstraties houdt en overal mooie displays. Een kinderdroom, wel gevaarlijk voor de portemonnee maar duidelijke afspraken zorgen hopelijk voor een fijn bezoek 🙂
We gingen eigenlijk met een welbepaald doel: sinds we de film zagen is dochterlief grote fan van Vaiana en we hadden ontdekt dat er ook legodozen over Vaiana zijn… Dus zo mocht ze een doos kiezen. En we hadden geluk: er was een korting van 30% op bepaalde sets!
Coram’s Fields park
Dit is een aanrader als je met kinderen naar Londen komt. Toen we enkele jaren geleden in Londen waren, passeerden we dit park. We mochten er echter niet binnen want dat mogen enkel volwassenen die vergezeld zijn van een kind onder de 16. En dat hebben we nu! Er is een kleine kinderboerderij, sportterreinen, speelzones, een café, in de zomer zelfs een plonsbadje… Het park komt voort uit een vondelingentehuis uit de 17e eeuw, opgericht door Thomas Coram, dat in 1920 verhuisde naar het platteland. Daarna werd het oorspronkelijke gebouw afgebroken en het terrein werd in 1936 de eerste publieke speeltuin van Londen! We zochten bewust naar een verblijfplaats niet al te ver van Coram’s Fields 🙂
Covent Garden
Daar gingen we heen voor de straatartiesten, in de hoop dat er net een aantal waren die onze dochter zouden kunnen boeien (dat weet je niet op voorhand natuurlijk – je kan wel zien welke artiesten er allemaal zouden kunnen optreden maar niet wanneer wie er is). Wij duimden voor muzikanten en acrobaten! Muzikaten en goochelaars waren er inderdaad, net als mime-spelers. De hype onder de mimes is nu een ‘zweefstoel’: een kruk die via hun mouw op de grond steunt met een plaat, en dan door hun kleren naar hun voeten of zitvlak. Die bij Covent Garden deden nog enigszins hun best maar de 4 (!!) Yoda’s op Trafalgar Square waren echt bijzonder slecht verkleed en opgemaakt.
In elk geval waren wij bij Covent Garden meer gecharmeerd door een show van een ballonnenplooier die een heel ridderverhaal ophing, met slapstick-elementen. Echt op kleuterlevel 🙂
Liberty
Dit is de mooiste winkel van Londen, wat mij betreft. De thuis van de liberty-bloemetjesstof, prachtige stofjes, luxueuze merken van kledij en make up,… Ik koos een paar metertjes stof dus dit wordt nog vervolgd 🙂
Ooooh pauwenveren! Dochterlief koos zelf haar stofje, met een fijn motief in lieve kleurtjes: sterretjes, konijntjes, regenbogen, wolkjes, vliegertjes,…
Dit stond niet op de planning maar er was ruimte en tijd genoeg, dus we waren blij om ook naar dit mooie museum van schilderkunst te kunnen gaan. Schilderijen zijn een excellente kapstok om een verhaal aan op te hangen dus dochterlief hoorde over Medusa en over het Trojaanse paard, en leerde wat pointillisme is en hoe dat werkt.
Eén van mijn favorieten: Monet <3
Wat stond er op het menu?
Eten en drinken is op reis superbelangrijk 🙂 Zeker als je Londen met een kleuter bezoekt, moet je daar wel wat rekening mee houden. Tuurlijk, het is makkelijk om enkele dagen op fastfood te leven maar dat kan mijn geweten als moeder niet aan. Dus wij zochten lekker, snel en gezond eten, net als thuis. ’s Ochtends aten we ontbijt met brood, yoghurt en fruit. ’s Middags aten we onderweg, Londen telt natuurlijk heel veel leuke restaurants. We aten hamburgers met courgettefrietjes bij Byron, wereldkeuken bij Giraffe en Leon (met hummus!), koffie en cakejes bij Pret & Costa… Ik was onder de indruk van de kindvriendelijkheid van de restaurants, dochterlief kreeg eigenlijk overal meteen wasco’s en een placemat met spelletjes en kleurplaten. Tipje als je kind vooral plat water drinkt zoals dochterlief: kraantjeswater krijg je gratis (net zoals in Parijs de gewoonte is)! Gewoon vragen naar some plain tap water 🙂
’s Avonds kookten we zelf, 3 eenpansgerechten die ik goed in de vingers heb: one pot pasta, jambalaya en noedels 🙂 Altijd wat creatief koken, zonder de ondersteuning van de kruidenkast die je thuis hebt, zelfs na onze shopping bij Waitrose (Ik vind dat altijd leuk, supermarkten in het buitenland!). Maar het ging prima! Dochterlief kon ondertussen al rustig spelen of in bad gaan. Dus zelfs als ze al moe was, lukte dat supergoed.
En tussendoortjes moeten er natuurlijk ook zijn… Daarmee sluit ik af (of ik blijf foto’s posten), het was een heel leuk tripje, Londen met een kleuter. Volgend jaar gaan wij gewoon weer op citytrip 🙂
Zijn wij nu klaar met Londen? Helemaal niet… Wij moeten sowieso nog terug want we zijn niet tot bij de Thames geweest, en er zijn nog veel musea en plekken die we willen zien: Tate & Tate Modern, Victoria & Albert, Kew Gardens, The Globe van Shakespeare, The Museum of London, The Tower of London… En wanneer dochterlief een stuk groter is, wil ik met haar ook naar de studio’s van Harry Potter gaan. Dat kost veel en is een heel eind buiten Londen dus ik wacht tot ze groot genoeg is om alle boeken gelezen en alle films gezien te hebben. Wordt over een paar jaar dus zeker vervolgd!
Ook al zin in een citytrip naar Londen?
Naait Club-weekend 2017: Deel 1 – mijn projectjes
Hoera, net als vorig jaar trokken we weer met de vrolijke vriendinnen op Naait Club-weekend! Op dezelfde locatie: ’t Roodhof in Oostkamp, een fijn hotelletje met lekker eten en een mooie zaal waar wij gezwind aan de slag konden. We hebben weer veel plezier gemaakt en hard gewerkt, zo’n weekend met vriendinnen is echt heel leuk.
Vorig jaar maakte ik één jurk die ik from scratch moest beginnen naaien. Dit Naait Club-weekend was ik beter voorbereid: op eerdere Naait Club-avonden had ik al patronen en stof geknipt. Ik had al de beginselen voor een Lora dress van La Maison Victor (nummertje 2 want ik maakte ook al een winterse versie) en een Roman tunic, een gratis patroon van Naaisgerief. Ik had ook een bijna afgewerkt jurkje voor dochterlief mee: een mix van het basiskleedje van Stof voor Durf-het-zelvers 2 met de ruffles van de Millie-dress van Mix-it Make-it. En ik had ook de vernieuwde versie van het patroon Sorbetto top van Colette mee.
Lora
Ik koos (alweer) een double gauze van Nani Iro, ik hou zo van de textuur en aaibaarheid van deze katoen, en de prints van Nani Iro vind ik zelf heel mooi, Ik kies ook vaak voor de mooie romantische prints. En nu ik weet dat de Lora dress prima kan in geweven stof heb ik mijn patroontje opnieuw gebruikt 🙂 Mijn blinde rits lukte trouwens weer goed, ik begin de truc door te hebben!
De schouders heb ik na deze foto een beetje ronder gemaakt. En wat je niet op de foto ziet is de subtiele paarlemoeren glans op de witte bloempjes. Oh Nani Iro <3
Roman Tunic
Surprise: hier koos ik ook voor double gauze van Nani Iro! De Roman Tunic van Naaisgerief is een eenvoudig patroon dat niet veel stof vraagt. Ik voegde zelf prinsessennaden toe in het voorpand, voor iets meer pasvorm. Ik zie nu al dat het een zalig zomerkleedje wordt met een fijn ceintuurtje in de taille.
Millie voor Durf-het-zelvers
Het Millie-jurkje dat ik enkele maanden geleden maakte voor dochterlief, valt bijzonder in de smaak bij haar. De grote ruffles zijn erg speels en schattig. Maar er staan ondertussen al onuitwisbare stift-strepen op en het is al wat korter dus het is tijd voor een nieuwe versie! Ik had van de Nani Iro-double gauze die ik voor mijn Roman Tunic had uitgekozen nog een klein stukje over. Niet genoeg voor een heel kleedje, maar wel voor accenten en blikvangers. In mijn bescheiden stoffenvoorraad vond ik de perfecte match: een zachtgeel katoen met witte V’tjes. Dus ik verwerkte de ruffles van Millie in het basiskleedje uit Stof voor Durf-het-zelvers 2. We gaan weer kunnen twinnen! Eva leende me haar knopendoos en ik koos 4 verschillende gele knoopjes.
Sorbetto Top
Dat was mijn allereerste echte naaiprojectje 🙂 Nu is er van dit patroon een nieuwe versie. Ik gebruikte de matentabel maar toch viel het topje erg breed uit. Zou dat zijn omdat het Amerikaans is? Ik gebruikte een fijne zijde-katoenmengeling dus het stoort niet echt dat het zo breed is. Ik kan het mooi laten bloezen in een kokerrok of skinny broek.
In de volgende blogpost toon ik de mooie creaties van de andere Naait Club-leden!
We’ll be back 🙂
Twinning met een Rachel rok: een lente-naaiprojectje
Een tijd geleden kocht ik op een stoffenverkoop van Stoffenboetiek Anneke een stuk stof waar ik meteen een beeld bij had: de Rachel rok voor mij en een rokje op elastiek voor dochterlief. Twinning is winning 🙂 De stof is een glanzende damast-satijn met ingeweven bloemen en confetti in tinten die prima passen bij ons kleurtype: pastelblauw, wit, roze, wat geel. ..
Voor moeke: de Rachel rok
Naarmate de lente dichterbij kwam, kreeg ik meer zin om aan de rokjes te beginnen en op de Naait Club kwam het er van: de Rachel rok van La Maison Victor. De stof bleek niet zo heel makkelijk om te verwerken. Omdat het een satijnbinding is wil de stof nogal rafelen en de vezel is denk ik iets viscose-achtig dus nogal licht en statisch. Overal pluizige draden dus 🙂 Ik had wel succes met de blinde rits, voor de eerste keer een echt nette, effectief blinde rits. Al doende leert men hé.
De tailleband is me net iets te hoog, die zou ik volgende keer wel smaller maken. Maar het rokje is erg leuk, en de stof heeft uit zichzelf genoeg body om het volume met de plooitjes te tonen. Aan de achterkant stikte ik de plooitjes een paar centimeter toe, zoveel extra volume heb ik nu ook niet nodig! En zoals heel vaak bij La Maison Victor verlengde ik de rok flink. Ik ben niet klein en een minirok hoeft niet voor mij. Al bij al zeker een patroon dat ik nog zal gebruiken, die Rachel rok, zeker met een paar kleine aanpassingen.
Voor dochterlief: een rokje op elastiek
Dochterlief kreeg een simpel rokje op een brede gouden elastiek. Ik heb twee stroken stof geknipt door de hoogte te vergelijken met een rokje uit de kast. Zo bepaalde ik ook de lengte van de elastiek. Die stikte ik eerst aan elkaar met een zigzagsteek, voor rekbaarheid. Daarna maakte ik een koker van de twee rokdelen, en die zoomde ik al om. Vervolgens speldde ik de rok met plooitjes aan de elastiek, en stikte ik die weer met een zigzagsteek vast.
En nu: fotootjes van een lente-ochtend in onze tuin, de zon scheen nog niet echt over de muren en huizen heen. Maar je ziet dat het beloofde een mooie dag te worden, en dat werd het ook. Ik ging voor twinning-all-the-way met hetzelfde type schoenen, een trui in dezelfde kleuren. En wonder boven wonder ben ik er in geslaagd om een dochter op de wereld te zetten die erg op me lijkt! Dat telt ook hé 🙂
Laat het mooie weer nu maar komen, wij zijn er klaar voor!
Wekelijkse inspiratie – Tuinieren op 1 vierkante meter met Femma
categories: Do It Yourself, Tuin
De eerste echte Femma-activiteit van onze jonge groep Femmadammen Dendermonde is tuinieren op 1 m², ons allen ondertussen welbekend. Met de zomer in aantocht is het fijn om zelfgekweekte groenten en kruiden te kunnen oogsten. Shari heeft vorige zomer al het goede voorbeeld gegeven, hier kan je dat nog eens lezen.
Je kan de vierkante meter letterlijk nemen en een houten kweekbak van 1 op 1 meter voorzien. In mijn kleine mature stadstuin lukt dat niet zonder heel de tuin opnieuw te moeten aanleggen, daarom zal mijn vierkante meter verdeeld worden over potten en bakken. Er zijn nog andere opties: een zaaitafel voor wie last heeft van de rug, of een plantzak, die kan je zelfs tegen de muur hangen! Een zonnig plekje heeft de voorkeur, ik zal dus de laatste lenteschoonmaak inzetten om een goed plaatsje vrij te maken voor mijn zaailinkjes.
Onze lesgever Brecht Bracke gaf een sessie van twee workshops, op 25 april en 2 mei. Ik geef hier een verslagje van de eerste avond! Brecht begon met een stukje theorie, over grondsoorten, composteren en bemesten. Als je een ruime tuin hebt en groentebedden gaat aanleggen, is de bodem van belang: klei, leem of zand. Leem is ideaal, wie zand of klei in de tuin heeft zal de grond moeten verbeteren door er bijvoorbeeld compost in te werken.
Composteren kan je zelf, Brecht vertelde ons dat het ideaal is als je drie stapels kan maken. maar in een kleinere tuin kan je ook een compostvat plaatsen, dat hebben wij. Het is belangrijk om lagen te maken van groen en bruin afval: aan de ene kant keukenafval, gras, verse blaadjes en aan de andere kant droog materlaal zoals dorre bladeren en dunne takken. Een verhouding van 2 delen groen op 1 deel bruin afval is goed: dan blijft er genoeg zuurstof in de compost en kan het niet gaan rotten. In een ver verleden hadden wij een cavia (Crudité heette hij) en het houtschaafsel uit zijn kooi bezorgde ons genoeg droog materiaal. Helaas is onze mengeling nu eigenlijk te nat. Misschien krijg ik het nog goed als ik gewoon zelf houtschaafsel toevoeg.
We zetten de theorie verder met een plantmaatje dat ons toonde hoeveel plantjes je kan zaaien in 1 vak van een plantenbak. We maakten ook allemaal een lijstje van welke groenten en kruiden we wilden.
Eva ging de Mme Zsazsa-toer op met dit mooie zaaiplan!
Daarna was het tijd om de handen uit de mouwen te steken, al dan niet met handschoentjes 🙂 We kregen allemaal een tray en potgrond, en toen mochten we zaaien. Brecht had al een aantal soorten groentenzaadjes mee, en schreef op wat we volgende week nog willen zaaien. Ik zaaide al erwtjes, twee soorten sla, witte kool, spinazie en radijsjes, en ik wil graag nog kruiden zoals basilicum, koriander en bieslook, en groenten zoals courgette, komkommer, chilipepertjes, veldsla en venkel. Tomaatjes koop ik als plantje, ik kies voor patiotomaatjes: dat blijft klein en moet niet opgebonden worden.
Brecht gaf ons ook goeie tips over:
- welke planten we wel en niet kunnen zaaien: aardbeien, uien en look kan je niet zaaien, en voor tomaatjes is het nu eigenlijk al te laat.
- hoe lang je zakjes zaad kan bijhouden : vijf jaar, zo blijkt! maar goed ook want je gebruikt er uiteindelijk maar een paar voor je vierkante meter.
- wat je kan doen tegen ongedierte als slakken en wortelvlieg (resprectievelijk zand & bier, en een vliesdoek over je bak gedurende de eerste tijd)
Thuis moet onze tray nu eerst een drietal weken binnen staan op een lichte plek, en vochtig gehouden worden met een plantenspuit. Daarna kunnen we de zaailinkjes afharden door ze eerst een uurtje naar buiten te brengen, en dan weer binnen te zetten, dan een halve dag, en dan een hele dag overdag, en daarna mogen ze buiten gezet worden. Daarna zal het tijd worden om de plantjes te verspenen: uit de tray halen en op hun definitieve plek te zetten. Tegelijk dun je uit door enkel de sterkste plantjes te kiezen.
Ik maakte thuis nog plantenlabels door een paar houten wasknijpers te openen, en daarop de namen van de planten te schrijven.
Ik ben benieuwd welke groenten en kruiden ik de komende maanden allemaal zal kunnen oogsten!
Dit artikel verschijnt ook bij Femma.
Wekelijkse inspiratie – Ons insectenhotel
categories: Tuin
Ik kocht bij Action een klein insectenhotelletje. Je ziet ze steeds vaker, het is een beetje een hype maar dan wel een heel positieve. Het insectenhotel is een schattig houten huisje dat wel iets wegheeft van een nestkastje, met in plaats van een gaatje voor een vogeltje, een verzameling materialen waar allerhande insectjes graag in wonen, schuilen en nestelen. In ons hotelletje zijn gaatjes geboord in hout, er is houtschaafsel achter een stukje gaas en er zijn holle bamboestokjes.
Waarom wil ik in godsnaam insecten aantrekken in de tuin? Die zorgen toch voor irritant gezoem en erger nog, mogelijk gevaarlijke steken? Ik moet zeggen dat ik up close and personal helemaal niet zo dol ben op dergelijke kriebelbeestjes. Sommige bezorgen me werkelijk rillingen 🙂 Toch zijn veel van die diertjes heel nuttig, om niet te zeggen onmisbaar voor ons ecosysteem. Hier lees je er meer over, ik geef al een paar voorbeeldjes:
- Solitaire bijen zijn enorm belangrijk voor de bestuiving van planten en fruitbomen. Zonder pollinators geen appels, peren, kersjes,… Ze zijn zachtaardig, dus steken niet zoals wespen. Er zijn enorm veel soorten solitaire bijen, met verschillende formaten en in een insectenhotel zijn er dus gaatjes met verschillende diameters. In mijn hotelletje zijn al metselbijtjes actief geweest: die sluiten hun nestcellen af met een propje gekauwde grond. Op de foto hierboven zie je er twee, maar ondertussen zijn het er al vijf!
- Veel insecten zijn natuurlijke vijanden voor ongedierte: oorwormen en lieveheersbeestjes eten bijvoorbeeld dolgraag bladluizen. Oorwormen wonen graag in het houtschaafsel maar houden ook van denappels als woonplaats. In grotere hotels zie je die dus vaak.
- Vlinders zijn ook professionele bestuivers. Ik heb maar een klein insectenhotelletje, bij mij is er geen blokje met verticale sleufjes voorzien voor hen. Maar misschien zorg ik nog voor uitbreiding van mijn patrimonium 🙂
Waar hang je je insectenhotel best? Op een zonnig plekje in je tuin, want de diertjes hebben nood aan warmte. Als het kan hang je je hotel in de buurt van bloemen want door de verstening en verstedelijking van ons landschap, en door de monoculturen van de velden is er nood aan (wilde) bloemen. Ik heb wel al wat bloemen op dit moment van het jaar: de bloesems van mijn appelboompje gaan bijna open, ik heb siermadeliefjes, viooltjes, sierdovenetel en viburnum. De kievitsbloem is ondertussen al opgeknabbeld door andere kriebeldiertjes. Ach ja, leven en laten leven zeker? 😉
Van boven naar onder: kievitsbloem, appelbloesem, sierdovenetel, siermadeliefjes
De stad Dendermonde doet sinds deze lente ook volop mee. Op verschillende plekken in de stad staan grote insectenvilla’s. Ik kan dat alleen toejuichen!
Wekelijkse inspiratie – Origami voor Pasen
Pin it & Make it-tijd! Met Pasen voor de deur zag ik superlieve origami-paashaasjes op Pinterest. Ik hou van origami: mooi papier, een beetje priegelwerk, een link naar Japan (ik vind dat zo’n fascinerend land!) en een leuk resultaat. Afhankelijk van het model dat je kiest, kan het ook wel een uitdaging zijn.
Ik kocht in het verleden al origamipapier bij Schleiper (in Gent, Brussel, Antwerpen) en Muji (in Londen, Parijs, Keulen,…). Muji is een Japanse keten die basics voor heel je huis verkoopt, in een heel simpele maar toch aantrekkelijke vormgeving, een typisch Japans minimalisme. Beide winkels verkopen echt Japans origamipapier (dus perfect vierkant en met 2 kleuren, uni of met dessin). Je kan bij hobbywinkels ook wel vouwblaadjes voor kinderen kopen, die zijn dan meestal in 1 kleur en soms ook niet perfect vierkant, heb ik ondervonden. Dat zorgt voor frustratie bij het vouwen! Geen aanrader. Ik kocht lang geleden ook al eens luxe origamipapier bij Adeline Klam, een papierartieste uit Parijs die ik heel erg bewonder. Het is een klein doosje met prachtig bedrukte kleine origamiblaadjes. Kleine juweeltjes die de sfeer van Japan ademen. Dit is wel niet zo goedkoop (voor velletjes papier dan toch) maar ik vind het het wel waard.
Origami is leuk om te doen (als je van gepruts, gepeuter en details houdt, ik wel!) en je kan ook op een makkelijke en goedkope manier decoratie maken voor elke gelegenheid en tijd van het jaar. Tijd voor paashazen dus! Ik vouwde deze en deze. Beide maakte ik voor de eerste keer, ik denk dat ik nog wat ga oefenen zodat ze nog mooier worden, maar ze hebben wel al charme vind ik. Let’s hop to it!
